VO-scholen Noord-Holland volgende week dicht ? *
Het virus rukt op. Het virus rukt niet op. Wie weet het? Handen wassen. Anderhalve meter. Alcohol. En nu de mondkapjes. Ondertussen zijn de gangen en aula’s van de scholen overvol en zitten de mooie voornemens klem tussen de goede bedoelingen en praktische uitvoering. Hoe verder?
Praktische oplossing
We hebben als onderwijssector Voortgezet Onderwijs aan het eind van het vorig schooljaar veel ervaring opgedaan met een hybride vorm van onderwijs: deels les in het gebouw en deels les online thuis. Een perfecte oplossing om de drukte in het gebouw in één keer te halveren.
Tegelijkertijd doe je recht aan de groep leerlingen die graag zelf de eigen regie neemt, zelfstandig in eigen tempo op een eigen moment met de lesstof bezig is. Voor leerlingen die aangeven hier moeite mee te hebben is er genoeg gelegenheid om hen hierin te begeleiden.
Halve groepen of hele klassen
Je kunt denken aan les in halve groepen (15 leerlingen per lokaal). De ene helft op maandag en woensdag naar school. De andere helft op dinsdag en donderdag. De leerlingen die thuis werken, kijken niet mee met een livestream maar werken aan uitgekiende opdrachten. De live-les is echt bedoeld voor contact en interactie tussen leerlingen en docent.
of
Je geeft één keer in de week les aan een hele klas. De andere les wordt besteed aan online onderwijs en werken aan opdrachten waarbij de docent digitaal bereikbaar is voor vragen en overleg. Als je dit handig roostert, hebben onder- en bovenbouw hun eigen schoolmomenten.
.
.
Opnieuw nadenken over de didactische vormgeving van de les
Natuurlijk vraagt dit om een andere invulling van de lessen. Kortere instructiemomenten, heldere uitleg in blokken, zelfwerkzaamheid, slimme opdrachten die tot leren aanzetten en daarna meetbaar zijn qua resultaat, goede uitlegvideo’s. Dat soort dingen. Maar als je dit eenmaal (weer) hebt gedaan, dan ben je voorbereid op de toekomst. Zeker als je dit handen en voeten geeft binnen een adequate digitale leeromgeving.
Het rooster
Veel scholen hanteren een vijftig minutenrooster. Voor online lessen in een virtueel lokaal is dertig minuten meer dan genoeg. En een dertig minutenrooster matcht wonderwel perfect met een vijftig minutenrooster. Wat wil je nog meer?!
En als de roostermaker handig roostert, dan is er ’s middags en vrijdag ruimte voor toetsen op school, gesprekken, groepswerk, seats2learn, practica. Noem maar op. Leerlingen reserveren zelf de individuele werkplekken (seats2learn) en samenwerkmomenten.
Klaar voor elke toekomst
De leerlingen komen de hele week naar het gebouw. Prima, dan schuift het accent meer naar de lessen op school. Sterk de nadruk op 1,5 meter ’tussen iedereen’? Ook goed. Het accent verschuift naar het midden. En als we thuis komen te zitten in een volgende lockdown? Hup, het accent naar de andere kant!
Je bent dan voorbereid op alle scenario’s en je schuift zonder al te grote aanpassingen van de ene kant naar de andere kant.
——————–
* Enne … de koptekst is minder spectaculair dan je wellicht denkt. Elke school sluit elke dag de deuren om deze de volgende dag weer open te doen voor een frisse dag met leergierige leerlingen. Laten we hopen dat dat zo blijft!
Achter de feiten aanhobbelen
Stel je voor dat een leerling zich moet laten testen op corona en dan een paar dagen thuis zit. Gaan we dan onze lessen live streamen? Of doen we dat pas als er vijf leerlingen thuis zitten? Wat zijn de mogelijkheden als ’n halve klas of school thuis zit na positieve testuitslagen op het virus? En als er vier docenten thuis zitten, hoe passen we dan het lesrooster aan? En wat als …
Achterhaald door de werkelijkheid
Het zijn serieuze en terechte vragen. Maar in een tijd waar het aantal besmettingen in rap tempo oploopt en ziekenhuizen alweer coronavirus-afdelingen optuigen, loop je hiermee achter de feiten aan. Zodra je een vraag hebt beantwoord is deze alweer door de werkelijkheid achterhaald.
Uitgangspunten
- Je wilt voor de leerlingen goed onderwijs verzorgen, dat staat buiten kijf.
- Waar ook geen discussie over is, zo vermoed ik, is het feit dat school niet de enige plek is waar je vrienden maakt en sociale contacten onderhoudt. Denk aan de voetbal, de muzieklessen, toneel, IOT-club, zwemmen, buurtkinderen, het park, de skatebaan, een museum of tentoonstelling, samen thuis huiswerk maken. Noem maar op.
- ICT stelt het onderwijs in staat om nieuwe wegen te gaan en andere vormen in te zetten; de laatste maanden van het afgelopen schooljaar hebben heel veel mogelijkheden laten zien.
Schoolgebouw, maar dan anders
We zijn gewend aan het beeld dat een schoolgebouw nodig is om te leren. Dat leerlingen zich daar verzamelen op basis van geboortejaar en CITO-score, in afgeschotte ruimtes van zo’n 50 m2 waar de leerling zich exact 50 minuten bezig moet houden met een schoolvak.
Maar leren kan op heel veel andere plaatsen ook. Onderzoek leert dat heel veel leerlingen desgevraagd aangeven soms of altijd lessen online te willen volgen, dus niet in het schoolgebouw. Meer zelfstandig werken wordt als prettig ervaren, zelf de tijd flexibel te kunnen plannen (denk aan andere verplichtingen) scoort nog hoger op het lijstje evenals het werken op eigen tempo.
Natuurlijk is niet alles koek-en-ei als het gaat om ‘onderwijs op afstand’. Maar de eerste stappen zijn gezet en dat smaakt naar meer!
Onderwijs anders
Stel je voor dat online onderwijs meer gemeengoed wordt. Leerlingen werken bijvoorbeeld thuis aan hun schoolwerk dat zij vinden in de digitale leeromgeving. Zij schrijven eenmaal per week in om binnen de virtuele omgeving van de school-community te overleggen met hun docent over de lesstof. Er staan allerlei uitlegvideo’s klaar om onduidelijkheden te verhelderen.
Als er groepswerk wordt verwacht, dan schrijven de leerlingen van die deelgroep in op een samenwerkingsplek in het schoolgebouw. Ruimte zat. Zij reserveren practicumruimte voor de exacte vakken en overleg met een docent of mentor vindt plaats op school. Er zijn overlegruimtes, toetsen maak je op afspraak in de studiezaal en leerlingen die thuis niet kunnen werken claimen een flexplek via Seats2Learn.
O ja, en als je een technasiumlokaal hebt of een eigen practicumlab, dan is dat de perfecte plek voor jonge techneuten uit de buurt!
En nu we toch out-of-the-box gaan: misschien volgt een leerling wel liever Duits of geschiedenis of ’n ander vak bij ’n docent van een andere school?! Perfect!
Het gebouw als facilitair centrum, zeg maar. En … corona-proof!
Wie durft de uitdaging aan en denkt mee?
Laat hieronder een bericht achter als je ook enthousiast bent, ideeën hebt, opmerkingen wilt maken of het gewoon niks vindt. Dan kunnen we daarna zien hoe we elkaar kunnen versterken!
Enne … dit werkt óók als er geen coronavirus rondwaart! Dus dat is geen excuus :-).
Voorwaarts dusz!
Onleesbare handschriften
Soms heb je dat: antwoorden op toetsvragen die onleesbaar zijn. Niet elke student schrijft helder en duidelijk, zal ik maar zeggen (dit geldt overigens ook voor docenten, maar dat terzijde).
Wat ook duidelijk is, is dat ná het basisonderwijs aan leerlingen geen structurele schrijfles gegeven wordt. En alleen maar zeggen: “hij moet netter schrijven” is daarom niet zo zinvol.
Om toch leesbare antwoorden terug te krijgen bij bijvoorbeeld een toets biedt Moodle een fraaie oplossing.
Stappenplan
🔷 Maak in Moodle een digitale toets aan met maar één open vraag. Als ‘vraagtekst’ vermeld je: “Zie het uitgedeelde proefwerk.” Of zoiets. Je kunt natuurlijk ook de tekst van de toets copy-pasten in het vak waar de vraag gesteld wordt.
🔷 De student typt alle antwoorden op de schriftelijke vragen in dat ene antwoordtekstvak: leesbaar dus!
Omdat de student de antwoorden intypt in de beveiligde en afgeschermde digitale toetsomgeving van de school is digitale fraude nagenoeg uitgesloten. De ICT-afdeling moet dit natuurlijk wél op orde hebben (voor chromebooks en voor laptops/pc’s is dat overigens prima te regelen).
🔷 Aan het einde van de toets levert de student het antwoord (dus de antwoorden op de schriftelijke vragen) digitaal in. Het antwoord is direct beschikbaar voor de docent (niet meer toesturen per e-mail of delen in GoogleDrive of middels een USB-stick uit de vorige eeuw) en de student kan er ná inleveren niet meer bij.
Win-win dus en nooit meer gezeur over wat er nu eigenlijk precies is opgeschreven. Je vraagt je bijna af waarom dit niet altijd zo wordt georganiseerd.
Succesvol digitaal toetsen. Hoe doe ik dat?
Toetsen doe je niet om het toetsen zelf. Het afnemen van een toets heeft een doel. Zoveel werd wel duidelijk tijdens de themamiddag over digitaal toetsen op het Helen Parkhurst in Almere. En of dat dan summatieve toetsen zijn die meetellen als beoordeling voor het rapport, formatieve varianten die de leerling helpt te ontdekken hoe ver hij is gevorderd en wat nog verbeterd kan worden of voorwaardelijke toetsen die bepalen wat de vervolgstap is: digitale afname komt daarbij steeds meer in beeld.
Divers aanbod
Tijdens deze middag, georganiseerd door de iScholengroep en Kennisnet, kwam een divers aanbod langs van docenten die in de onderwijspraktijk van elke dag werken met digitale toetsmogelijkheden tot leveranciers als Learnbeat, LessonUp, Quayn, TestVision, Bookwidgets en Moodle.
Elk pakket heeft een eigen schare aanhangers met elk eigen achtergronden en mogelijkheden.
Moodle als totaalomgeving
Moodle presenteerde zichzelf als enige als totaalomgeving: koppelingen met het leerlingadministratiesystemen als SOM en Magister, Entree-poort naar de methodesoftware van commerciële uitgevers en LTI-koppelingen met onder andere de Stercollecties van VO-content, compleet toetssysteem met tal van vraagsoorten en mogelijkheden, spin-in-het-web als het gaat om extra stof, verdiepingsmateriaal en verbreding, voorwaardelijke toegang tot digitale bronnen en activiteiten en het faciliteren van mogelijkheden van digitale beloningen in de vorm van certificaten en badges.
In komende blogs wordt dit zeker nog verder uitgewerkt.
Twee hot items kwamen deze middag regelmatig langs: betrouwbaarheid van de ICT-infrastructuur (devices, WiFi en internet) en digitaal spieken.
ICT-infrastructuur
Met betrekking tot de ICT-infrastructuur werd gesteld dat de betrouwbaarheid en beschikbaarheid ervan net zo belangrijk én vanzelfsprekend is (of minstens: zou moeten zijn) als de aanwezigheid van elektriciteit en water in het gebouw. Geen WiFi, geen school. Zoiets.
Digitaal spieken
Ook digitaal spieken was onderwerp van discussie. Hoe ver wil je gaan met de controle hierop? Net als bij schriftelijk werk is de noodzaak meer of minder aanwezig; iedereen snapt dat er een verschil is tussen een simpel SO-tje en een eindexamen. Moodle kent een uitgebreid pakket aan mogelijkheden een digitale toets veilig af te nemen, zeker als je het combineert met een toets-account waar alles is dichtgetimmerd, geen screenshots kunnen worden gemaakt en niet kan worden geprint. Alleen de toets is bereikbaar!
Denk aan het gebruik van een toetswachtwoord, het instellen van een tijdslot, het gebruik van een deelverzameling willekeurige vragen uit een uitgebreide toetsbank, het aanbieden van vragen en antwoorden is wisselende volgorde, exclusieve toewijzing van een toets aan een klas of leerling, rekenvragen met voor elke leerling een eigen getallenset, noem maar op.
Omdat jouw leerlingen er recht op hebben!
Toetsen staat niet op zichzelf, je wilt er iets mee bereiken. Het afnemen van een toets staat in een groter geheel. Binnen Moodle is dat alles geïntegreerd in één omgeving. Helder en duidelijk voor leerling en docent. Daarom ook zijn er regelmatig workshops en trainingsdagen. Omdat er zoveel méér mogelijk is. Omdat de leerlingen daar recht op hebben.
Werken met groepen in Moodle
Er zijn talloze redenen waarom je met (deel)groepen zou willen werken. In deze blog een overzicht van de mogelijkheden om groepen samen te stellen. En dat zijn er meer dan je denkt!
Je wilt …
- Je wilt een toets klaarzetten voor ’n bepaalde klas welke niet toegankelijk moet zijn voor de andere klassen.
- Je wilt leerlingen zelf laten kiezen in welke deelgroep ze zitten.
- Je wilt verslagen of werkstukken per deelgroep laten inleveren en één keer beoordelen waarbij de beoordeling geldt én zichtbaar is voor de hele deelgroep.
- Je wilt de antwoordbundel klaarzetten voor één klas en nog niet voor de rest.
- Je wilt leerlingen bij elkaar in groepen plaatsen die elkaar qua kwaliteiten aanvullen (en dus niet op basis van “leuk en lachen”).
Zes manieren
⦿ Jij kunt zelf groepen aanmaken en daar zelf de juiste leerlingen in plaatsen. Veel werk, maar je hebt alles zelf in eigen hand.
⦿ Jij kunt Moodle opdracht geven een groep aan te maken en die automatisch te laten vullen met de leerlingen van ’n klas. Dat scheelt jou zo’n 30 handelingen 😎.
⦿ Jij kunt zelf groepen aanmaken voor bijvoorbeeld deelname aan een workshop of activiteit, daarna de leerlingen een voorkeur laten uitspreken per groep (bijvoorbeeld op ’n schaal van 1 tot 5) waarna je Moodle opdracht geeft om de leerlingen in te delen op basis van hun grootste voorkeur (Fair allocation).
⦿ Je kunt ook zelf groepen aanmaken en de leerlingen zichzelf in een groep laten aanmelden (en daarbij ook nog ’n maximum aantal groepsleden instellen dat zich kan aanmelden per groep) (Group choice).
⦿ Je kunt deelgroepen aanmaken op basis van antwoorden op vragen die je stelt. Afhankelijk van die antwoorden kun je Moodle de deelnemers laten indelen in homogene groepen, groepen waarin studenten zijn verdeeld op basis van complementariteit, groepen waarbij expertise eerlijk is verdeeld en ten laatste groepen, waar iedereen tenminste één gelijkgestemde aantreft (TeamUp).
⦿ En last but not least: je kunt ook leerlingen zelf groepen laten aanmaken waarna zij zichzelf (en hun medeleerlingen) kunnen aanmelden (Group self-selection).
Beschikbaarheid
Per activiteit of bron kun je kiezen of deze beschikbaar is voor alle leerlingen zonder onderscheid (geen groepen) of alléén beschikbaar is voor deelgroepen die jij zelf hebt aangemaakt.
Groepering
Net zoals je leerlingen bij elkaar kunt verzamelen in groepen kun je ook groepen verzamelen in een zogenaamde ‘groepering’. Stel, je hebt drie havo-2 groepen gemaakt en drie vwo-2 groepen dan kun jij deze groeperen in bijvoorbeeld twee groeperingen (zie het overzicht hieronder).
Groepering | Groepen
Havo-2 | H2A, H2B, H2C
Vwo-2 | A2A, A2B, G2A
Als je een activiteit of bron beschikbaar stelt aan de groepering Havo-2, dan kunnen alle leerlingen van H2A, H2B en H2C daar bij. In plaats van drie toewijzingen (voor elke klas apart) kun je volstaan met één toewijzing.
Pay off
⦿ Als jij bijvoorbeeld toetsresultaten per klas wilt bekijken, dan moet jij natuurlijk eerst wel die klas (groep) hebben aangemaakt. Logisch toch?!
⦿ Dat geldt natuurlijk ook als je leerlingen per deelgroep materiaal wilt laten inleveren: geen groepen ingedeeld → geen groepsinlevering mogelijk. Toch?